Steenbakkerij "Frateur"
grafiet in mijn schetsboek
29,07 / 42 cm
De steenbakkers
Daar lagen de klei-verse stenen te drogen onder hun strooien dak.
En daar, met honderden en honderden, wroeten de steenbakkers in schoon-verdeelde maar even lastige arbeid. In los hemd of in een "baaiken", met de kortgetrokken broek, in het zweet, niet alleen huns aanschijns, maar van alles wat aan hun lichaam zweten kon, sjouwden de moortelvoerders en moorteldragers, de vormers en opdragers, de branders en invoerders.
"De brandende zonne heeft haar merk op al die verzengde wezens geslagen. 't Is halen en brengen, slepen en voeren, keren en draaien, ijdelen en volduwen, opleggen en afdragen, steken en slepen, opgeven, opvangen, en stompen, sleuren en wroeten de dagen rond, zonder stilstaan schier, en halve nachten, en weken en maanden lang maar ongenadig voort.
"De kloeksten onder de kloeken alleen kunnen het volhouden, voornamelijk bij het branden en invoeren. De grote dagloon verzoet het smertelijke van de arbeid, die het lichaam tot de bodem toe uitdroogt, en vijf, zes maanden lang, al de krachten van ons taaiste en gezondste landvolk opslorpt.
"- Ik ben zo moê, zo moê als 't avond is, - zei mij een vrome jongeling van Cruyshautem -, dat er mij niemand, noch iet ter wereld het bekijken weerd is.
"- O, wat verlang ik mijn herte en ziel uit,- zei mij een andere,- om eens thuis mijn roes uit te slapen, want slapen is hier eigenlijk onbekend.
"- Kloek en struis ben ik genoeg,- zei een beeldschone kerel van twintig zomers,- maar wacht, binnen tien jaar ben ik een oud versleten man."
Het vuur van de ovens brandt in de longen, het vuur van de zon brandt over hoofd en rug. En zij hebben ze nodig, de zon, want zonder haar is er geen werk en geen gewin, en om te werken zijn ze gekomen.
Zonder meten of tellen gaat hun arbeid voort en als de rijen strodaken aangroeien en de honderden stenen tot duizenden worden om de honderdduizenden te bereiken, dan komt een glans in hun ogen : steenbakkerstrots. Want voor de steenbakkers ligt de glorie in de rij zonder einde van de strodaken rond de ovens.
Uit "Pastor Denijs" van F. De Pillecyn - Uitgeverij de Clauwaert - Leuven 1927
Geen opmerkingen :
Een reactie posten
Dank je om me hier een teken van je bezoek na te laten.
Thanks for leaving some sign of your presence here.